Brugge was de lievelingsstad van Maria van Bourgondië (1457-1482). Ze verbleef er zeer graag. In het Prinsenhof gaf zij het leven aan haar eerste zoon Filips de Schone, de eerste Spaanse koning. Na een jachtongeval in het Brugse Ommeland, werden haar longen door enkele van haar ribben doorboord. Slechts enkele dagen kon zij het ongeval overleven. Zij ligt in het koor van de Onze-Lieve-Vrouwekerk begraven.
Hertogin Maria heeft amper gedurende vijf jaar over onze landen geregeerd. Toch is ze een eminente vorstin. Onze Noorderburen hebben haar opgenomen in hun geschiedkundige ‘canon’.
Op veel plaatsen in de stad ontmoeten we herinneringen aan deze geliefde vorstin, zowel in het openbaar, op pleinen en straten, als verborgen in musea, archieven, bibliotheken, kerken en kapellen. Ze heeft veel kunstenaars geïnspireerd en ze werd  graag als model gebruikt.